Hulpbronnen gebruiken in uw tekening
Gebruik het Hulpbronnenbeheer om hulpbronnen in uw tekening toe te kennen. Als de hulpbron zich niet in het actieve bestand bevindt, importeert of abonneert u zich op het bestand alvorens het toe te kennen.
Er bestaan naast het Hulpbronnenbeheer nog andere plaatsen in Vectorworks (zoals dialoogvensters en de Methodebalk) waar u hulpbronnen kunt selecteren (zie Hulpbronnenkiezer).
Om een hulpbron te gebruiken:
Selecteer in de Bestandenlijst van het Hulpbronnenbeheer het bestand waarin de gewenste hulpbron zich bevindt.
De beschikbare hulpbronnen in het geselecteerde bestand worden in de Hulpbronnenlijst weergegeven. In het hulpbronnenmenu kunt u een filter toepassen om slechts een bepaald type hulpbronnen te tonen of de optie Alle hulpbronnen selecteren.
Volg een van onderstaande werkwijzen:
Dubbelklik op de hulpbron om deze te activeren. Sommige hulpbronnen kunnen ook toegepast worden op een geselecteerd object door te dubbelklikken.
Sleep de hulpbron bovenop een object of op een lege plaats in het actieve bestand.
Klik met de rechtermuisknop op de hulpbron en selecteer het vetgedrukte commando in het contextmenu. (Voor een lijnarcering is dit bijvoorbeeld Gebruik, voor een rekenblad selecteert u het commando Toon rekenblad in tekening.) Niet alle hulpbronnen hebben deze optie.
Om de hulpbron te importeren zodat u ze later opnieuw kunt gebruiken, klikt u rechts op de gewenste hulpbron en selecteert u het commando Importeer in het contextmenu.
Voor een abonnement op de hulpbron klikt u rechts op de gewenste hulpbron en selecteert u het commando Abonneren in het contextmenu. Als u momenteel niet geabonneerd bent op deze hulpbron voor dit bestand geeft u de nieuwe abonnementinformatie op (zie Abonneren op hulpbronnen).
Als u een hulpbron uit een ander bestand importeert, wordt u gevraagd om de locatie op te geven waar u de geïmporteerde hulpbron wilt bewaren (zie Hulpbronnen importeren).
De hulpbron wordt aan het actieve bestand toegevoegd.